Sinds de productie Allemaal Indiaan (Holland Festival 2000) maakte Alain Platel geen nieuwe productie meer – naar eigen zeggen was zijn inspiratie op. Intendant Gerard Mortier van de RuhrTriennale nodigde hem uit om rond de muziek van Mozart een nieuwe voorstelling te maken, in navolging van zijn succesvolle productie Iets op Bach. Hoewel Platel het idee aanvankelijk afwees omdat hij de muziek van Mozart associeerde met kleinburgerlijkheid, werd hij na intensief luisteren alengs enthousiaster. Het resultaat is de productie Wolf, naar de voornaam van Mozart.
Wolf speelt zich af in een twee etages hoog decor, dat associaties oproept met een winkelcentrum na sluitingstijd: kaal, desolaat en met veel rolluiken en hekwerken. Twaalf dansers (waarvan twee doof), veertien honden, twintig musici en drie zangeressen voeren een schijnbaar ongeordende opeenvolging van scènes uit, die echter in een strak tempo op elkaar volgen. Ze worden heen en weer geslingerd tussen virtuositeit en banaliteit, tegenpolen die volgens Platel ook sterk in Mozarts muziek aanwezig zijn. Wolf is een postmoderne montagevoorstelling waarin die tegenpolen behalve in de dans ook te vinden zijn in de muziek. Samen met dirigent Sylvain Cambreling maakte Platel een collage van aria's uit drie opera's van Mozart, Cosi Fan Tutti, Le Nozze di Figaro en Die Zauberflöte, aangevuld met sonates en delen uit Mauerische Trauermusik, uitgevoerd door Klangforum Wien. Dwars daardoorheen klinken ook Celine Dion en De Internationale. In dit fragment wordt regisseur en oprichter van het dansgezelschap Les Ballets C de la B, Alain Platel, geïnterviewd door Frénk van der Linden.
Het audiomateriaal komt uit het televisieprogramma ‘Kunststof’ (radio), opgenomen door de toenmalige NPS, uitgezonden op 25/06/2004 en is verkregen uit het beeldarchief van het Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid.