interview door ICA-tentoonstellingscurator Andrea Nitsche-Krupp, augustus 2024
Geumhyung Jeong bouwt machines die niet alleen bewegen, maar ook falen – en juist daarin ligt hun kracht. In de installatie Under Construction confronteert Jeong het publiek met robotachtige sculpturen die aandoenlijk menselijk ogen in hun pogingen tot beweging. In dit interview met ICA-curator Andrea Nitsche-Krupp vertelt Jeong over haar werkwijze, waarin het maakproces, technische mislukkingen en lichamelijke associaties centraal staan. Beweging, geluid en zelfs verveling spelen een actieve rol in haar onderzoek naar hoe we kijken en ons verhouden tot technologie.
Under Construction
Geumhyung Jeong
24 – 26 juni 2025
Frascati
Hoe is jouw werk met machines en robotica begonnen?
In eerste instantie was ik geïnteresseerd in het op afstand besturen van objecten en in de afstandsbediening zelf: met name de driehoeksrelatie tussen afstandsbediening, het object dat bestuurd wordt en degene die het object bestuurt.
Als je een machine maakt, heb je dan van tevoren een specifieke beweging of handeling voor ogen?
Meestal begin ik door te proberen me de bewegingen die ik hoop te bereiken voor te stellen. In de praktijk blijkt dat vaak anders uit te pakken dan ik had gedacht, waardoor ik mijn plan moet bijstellen. Maar juist dat maakt het interessant: ontdekken wat de machine daadwerkelijk kan op basis van haar eigen fysieke eigenschappen, in plaats van vast te houden aan een idee dat alleen in mijn hoofd bestond.
Door kunstmatige skeletten te gebruiken is er een verband tussen de machinelichamen en het menselijk lichaam. We herkennen ze als lichamen, maar qua beweging reageren de figuren conform de mechanica van hun robotonderdelen.
Naast een doorlopend sculpturaal project zie ik dit werk ook als iets choreografisch; het is ook een dans. Het idee om de lichaamsfuncties van de sculpturen te maken begon met het kopiëren van menselijke bewegingen. Maar uit hun bewegingen blijkt duidelijk dat het machines zijn. Ik vind het aandoenlijk als ze proberen te bewegen als mensen, maar dan op hun eigen manier.
Bij deze Under Construction-installatie zijn er ook werktafels waarop verschillende reserveonderdelen en gereedschappen liggen. Voor mij duiden deze tafels op een actief-constructieve werkruimte en verwijzen ze daarnaast naar de voorgeschiedenis van de machines. Hoe zie jij deze presentatie en tentoonstelling van gereedschap en onderdelen binnen de expositie?
Precies. Het toont het héle verhaal van de machines: hoe ze gemaakt worden en waar ze van gemaakt zijn. De tentoongestelde onderdelen zijn als de organen van het machinelichaam; je zou ze kunnen zien als anatomische informatie die bij hen hoort. Het zou niet alleen de voorgeschiedenis van de machines kunnen betreffen, maar ook hun toekomst, een reserveplan. Ik heb de robots net gemaakt en ken ze nog niet goed. Ik voorzie dat er voortdurend technische problemen zullen zijn om op te lossen, maar ik weet nog niet voor wat voor onverwachtse problemen ze zullen zorgen. Zoals bij veel van mijn werk is de grens tussen proces en resultaat niet even duidelijk. Het zal in aanbouw blijven, en ik zal de onderdelen en gereedschappen op de tafel daadwerkelijk moeten gebruiken om de robots te repareren of kapotte onderdelen te vervangen terwijl ik de live-performances voorbereid. Tegelijkertijd stel ik me zo voor dat de manier waarop de objecten op de tafel zijn gerangschikt een eigen verhaal kan genereren, los van de robots, als een ordeningschoreografie.
Hoe verhoudt sculptuur zich tot video in je werk?
Soms denk ik dat als een sculptuur sterk genoeg is, er geen extra informatie, zoals een video ernaast, nodig is. Maar ik accepteer ook dat mijn robots zijn gemaakt met de achterliggende gedachte van mogelijke bewegingen en performance, en dat het daarom leuker zal zijn als er naast de sculptuur een performatieve video te zien is. Wat betreft de vorm van de video hou ik ervan om dingen te proberen die ik niet in een live-performance zou kunnen doen, en om het maakproces te laten zien, of de geschiedenis van de lichamen die worden getest en falen.
Het onvoorspelbare proces van het maken van deze robots - met name het omarmen van mislukkingen - lijkt een integraal onderdeel van dit werk. Hoe kijk je aan tegen falen?
Het hele proces bestond uit constant falen en oplossingen vinden. Maar ik realiseerde me ook dat wat ik soms als een mislukking zag, dat niet was. Tijdens het proces ben ik soms ongeduldig en probeer ik snel een oplossing te vinden als ik zie dat iets niet werkt. Maar later, na alle andere opties te hebben geprobeerd en van voor af aan te beginnen, kom ik er achter dat het wel werkte. In de technische details was het misschien niet perfect, maar het idee klopte.
Je werk is vaak stil of laat de omgevingsgeluiden horen van het maken en bewegen. Die rust draagt bij aan een gevoel van onderbreking en nabijheid dat onze aandacht vasthoudt. Kun je iets vertellen over geluid in je werk?
Ik merk dat het maken van bewegingen en geluiden niet van elkaar te scheiden zijn. Als ik bewegingen probeer te maken, maakt dat geluid. En vaak maak ik bewegingen die volgen of gericht zijn op de geluiden die ze produceren. Ik ben dol op bewegingen die muzikanten maken als ze spelen. En ik hou van de geluiden die dansers maken als ze bewegen zonder muziek. Ik denk dat geluiden een ruimte meteen op kunnen vullen. Als de geluiden overweldigend zijn, kan dat het moeilijk maken je te concentreren op de beelden. Ik probeer voorzichtig om te springen met geluid.
Wat betreft dit, laten we zeggen, niet-performatieve geluid, vraag ik me af hoe je aankijkt tegen het idee van verveling in je werk. Verveling kan een verhelderende gemoedstoestand zijn, en ik ben benieuwd hoe je hiernaar kijkt.
Ik denk dat er bepaalde noodzakelijke vormen van verveling zijn waar we van kunnen genieten, al is dat niet altijd even makkelijk. We kunnen houden van iets dat saai is, maar tegelijk onderkennen dat het plezier alleen in de noodzaak ervan ligt. In andere gevallen is iets niet saai, maar kost het tijd; het is traag of herhalend, waardoor ons lichaam moe wordt, maar we kunnen er nog steeds van genieten, zelfs als we erbij in slaap vallen. Ik zou dit positieve vormen van verveling noemen.
Een van de ergste vormen van verveling, of een soort negatieve verveling, ondervind je als je verveling probeert te vermijden: als iets of iemand probeert mensen te vermaken om verveling tegen te gaan, maar daarin faalt.