Tekst: Lara den Hartog Jager
Waar begint een leugen? En waar eindigt het?
Wie kiest ervoor om in een leugen te geloven, kunstenaar of kijker?
In de voorstelling ROHTKO, van regisseur Lukasz Twarkowski, die in juni gespeeld werd in kader van het Holland Festival, begint het met de naam. De T en H zijn omgewisseld. Het stuk voert de kijker mee naar een maaltijdbezorger en een Chinees restaurant. Naar gesprekken tussen curatoren, kopers, art dealers en kunstenaars. Een woeste Rothko, en zijn vrouw, acteurs die auditie doen voor zijn rol. Het dendert door via keiharde muziek, live filmbeelden, rode flitslichten, draaiende sets, lange dialogen, serieuze meetings, een flashmob, een slaapkamer en een tentoonstellingsopening.
Één schilderij staat centraal in het stuk: Mark Rothko, Untitled, 1956. Het werd in 2004 aangekocht door het echtpaar De Sole, via kunsthandel Knoedler & Co, voor $8.3 miljoen. In 2011 komen ze erachter dat het een een vervalsing is, gemaakt door een wiskundeleraar uit Queens. Het schilderij vormt de rode draad in dit verhaal, maar wordt nooit getoond. Geen afbeelding, niet eens een beschrijving. Heeft het diepe paars tinten, een brede donkergroene strook, een fel geel vlak of een dun oranje lijntje? Het blijft verborgen. Een simpel zoekrondje toont het werk al snel. Het canvas is opgedeeld in twee ongeveer even grote vlakken. De bovenste is zwart. De onderste is diep rood. Aan de randen, als een soort scheiding tussen de twee helften, piept een lichtere oranje kleur door. Het bovenste vlak lijkt je buiten te willen houden, je af te stoten. Terwijl de onderste je naar binnentrekt. De kleuren lopen, zoals vaak bij Rothko’s schilderijen, licht in elkaar over. Er zijn geen harde lijnen, maar diffuse randen. Waarom wordt het werk, dat in deze voorstelling centraal staat, nooit afgebeeld? Misschien zodat we zelf een beeld gaan maken? Misschien omdat het dus geen Rothko is maar een Pei-Shen Qian? Wat zou er met het schilderij zijn gebeurd? Zou het in de rechtbank als bewijs hebben gediend of zou het al vernietigd zijn? Zou de koper er een mes in hebben gezet?
In de kunst geloven we constant in leugens. We zoeken ze op, omarmen een alternatieve realiteit. We dompelen ons onder in datgene waarvan we weten dat het niet waar is, maar waar we toch, al is het maar voor even, in willen geloven. Suspense of disbelief – er bestaat niet echt een fijne Nederlandse vertaling voor – is, zo vertelt het Cambridge Dictionary: ‘the act of behaving as if you believe that what you are seeing, hearing, or reading is real or true, although you know that it is not’. Het staat aan de basis van vele kunstvormen, want de meeste kunst is niet gebaat bij futiele vragen over wat echt is en wat niet, het moet je die vraag juist doen vergeten, het moet met elkaar versmelten, je moet je er aan overgeven.
Maar als de leugens uit het kunstwerk lekken, en ze de markt in sijpelen, wat gebeurt er dan? Waar begint een leugen? En waar eindigt het?
In de nieuwste roman van Ocean Vuong, The Emperor of Gladness, werkt hoofdpersoon Hai bij fastfoodketen HomeMarket, een plek waar ze het hele jaar door Thanksgiving maaltijden serveren. Hun filiaal staat bekend om hun cornbread, het is veel lekkerder dan bij de andere locaties, door een geheim recept van de lokale manager. Na een tijdje vertelt een collega aan Hai hoe het eigenlijk komt dat dit cornbread extra lekker is. Aan de standaard mix voegt de manager gewoon een pak cakemix toe, waardoor het nog zoeter wordt dan gewoonlijk, vertelt ze hem: “The reason why it’s so good is because it’s a lie. And incredible things can come out of a lie.” Omdat iets wordt verkocht als brood hebben we het idee dat we iets gezonds eten, maar eigenlijk is het gewoon cake.
Ik werkte vroeger een tijdje in een koffietentje, waar het bananenbrood zeer geliefd was. We bakten alles zelf, midden in de zaak. Maar om een lekker bananenbrood te maken heb je best wat olie nodig, die konden we beter even achter toevoegen vertelde mijn baas, als onze gasten zouden zien hoeveel olie er daadwerkelijk in dit ‘brood’ ging, zou de eetlust ze misschien snel vergaan.
Maar wanneer wordt brood cake, vragen Hai en zijn collega zich af: “Can you locate the crumb where this deception happens?” Waar begint een leugen? En waar eindigt het? En wie is er nou eigenlijk de leugenaar? Degene die extra suiker of olie toevoegt, of de consument die maar al te graag gelooft dat het gezond is?
Laat ik het liegen ontleden. De Van Dale definieert liegen als ‘met opzet onwaarheden spreken’. Kan je dan niet een leugen schilderen, schrijven, spelen, dansen, of filmen? De Stanford Encyclopedia of Philosophy hanteert, op basis van verschillende bekende definities, een wat gedetailleerdere omschrijving van het werkwoord: ‘to make a believed-false statement to another person with the intention that the other person believes that statement to be true.’
In deze definities zijn verschillende voorwaarden te vinden: ten eerste de statement condition: iemand moet een statement maken. Vaak gebeurt dit door ‘conventional signs, or symbols’, oftewel, taal of andere universele symbolen. Kan een kunstwerk ook zo’n symbool zijn? Het is misschien lastiger te ontcijferen en minder eenduidig, maar een kunstwerk bestaat altijd uit informatie, er zijn altijd bepaalde visuele kenmerken die ons iets vertellen.
Vervolgens komen we aan bij de untruthfulness condition: degene die het statement maakt moet geloven dat dit statement onwaar is. Als we dit doortrekken naar de kunst, komen we weer terug bij het concept suspense of disbelief. De meeste kunstenaars creëren iets dat verder reikt dan de feitelijke of materiële realiteit. Kunstenaars trachten meestal een nieuwe wereld te creëren, een plek waar andere waarheden gelden. En als kijker ga je daar al dan niet in mee. Een schilderij is niet langer slechts acrylverf op een stuk canvas. We weten wel dat de intrinsieke waarde van een Rothko misschien niet meer dan een paar honderd euro is, toch kijken veel mensen er niet gek van op als ze voor tientallen miljoenen euro’s verkocht worden. Maar is de kunstenaar hier bezig met deceptie, of is het de kijker zelf?
Dan moet de leugen aan iemand geadresseerd worden, de addressee condition. Er moet iemand zijn die het werk waarneemt. In ROHTKO, wordt op een interessante manier gespeeld met waarneming. Alles wat op het toneel gebeurt wordt namelijk ook gefilmd door twee camera’s en live geprojecteerd op een groot scherm in de zaal, een dubbele waarneming dus. Een kopie van het spel, maar ook een oog dat een selectie maakt, sommige dingen worden wel in beeld gebracht, andere niet. Wat de camera toont, beïnvloedt dus ook weer de kennis van de kijker.
Als laatste, en deze stap is cruciaal, de intention to deceive the addressee condition. Zoals in de untruthfulness condition al naar voren kwam, is het vrijwel essentieel voor kunst dat ze niet verbonden is aan standaarden van de realiteit. Maar deze laatste voorwaarde vereist echter dat degene die een onwaar statement maakt, ook daadwerkelijk de intentie heeft om degene die geadresseerd wordt te misleiden. In sommige gevallen betekent dit dat een verhaal of een schilderij geen leugen is, omdat, ondanks dat de maker misschien wel iets ‘onwaars’ maakt, en een andere wereld schept, het niet per se de intentie is om de kijker ook daadwerkelijk op het verkeerde been te zetten. Denk aan suspension of disbelief, we geven ons over aan een verhaal, ondanks dat we eigenlijk wel weten dat het niet waar is. We duiken even in een andere realiteit, maar komen daarna weer boven. Maar het kan ook een stap verder gaan, wanneer de maker daadwerkelijk de intentie had om de ontvanger te misleiden, pas dan spreek je volgens deze definitie echt van een leugen.
Wie had hier die intentie? Rothko? De kunsthandel? De koper? In ROHTKO versmelten ze allemaal. Aan de ene kant het schilderij zelf, aan de andere kant de voorstelling. Zou het de intentie zijn geweest van Pei-Shen Qian om de koper te misleiden en een vervalsing te creëren, of was dat nooit zijn doel? Was het de kunsthandel die expres een vaag herkomst verhaal fabriceerde? Of wilden uiteindelijk de kopers vooral heel graag dat het werk echt was? We willen allemaal geloven in een verhaal, brood met de smaak van cake, een schilderij waar je tranen van in je ogen krijgt. In liegen ligt, net zoals in dromen, een kracht en een vrijheid die we onszelf niet permitteren in de werkelijkheid. Als we naar een Rothko kijken kunnen we huilen, omdat we onszelf vertellen dat dat de bedoeling is, the lies we tell ourselves.
Lara den Hartog Jager is deelnemer van het schrijflab hybride kunst. Domein voor Kunstkritiek organiseert in opdracht van Holland Festival op en rond editie 2025 een schrijflab waarin zij met (pre-)mid career schrijvers nieuwe woorden zoeken voor innovatieve, hybride kunstvormen.