Dit is een voorstelling uit het archief van Holland Festival
Biografieën
Als trombonist speelde Bruce Fowler met onder meer Woody Herman, Budy Rich en Frank Zappa. Hij maakte twee solo-albums: Ants Can Count en Entropy. Recentelijk tourde Fowler met ‘Banned From Utopia’, een formatie met veel ex-bandleden van Frank Zappa.
Frank Zappa, componist van de 20ste eeuw. Dit is het uitgangspunt voor het Zappa-programma op het Holland Festival.
Als twaalfjarige drummer volgt Zappa een zomercursus orchestrale ritmiek. Het werk Ionisation (1933) van Varèse maakt een grote indruk op hem. Het is een stuk voor 25 percussie-instrumenten, waarin sleebelletjes en kalebassen het moeten opnemen tegen sirene en aambeeldklanken.
In 1964 werpt Zappa zich op als de songwriter van The Soul Giants. De band bestaat uit: Roy Collins, zang; Roy Estrada, bas en Jimmy Carl Black, drums. de naam ‘The Soul Giants’ verandert al snel in ‘The Mothers’. MGM records besluit met deze inventieve en muzikaal-technisch onderlegde heren de ‘sprong in het diepe’ te wagen. Het platenlabel plaatst de woorden ‘of Invention’ achter de suugestieve naam.
Freak Out (1966) lanceert de carrière van Frank Zappa. De plaat is een culminatie van wilde percussiegeluiden, parodieën en protesten. Het geeft The Mothers meteen de status van cultband.
Zappa ondekt het principe van Xenochronicity’. Het is een term die je alleen van 20ste eeuwse componisten kunt verwachten. Zappa ontdekt de mogelijk heden hiervan tijdens de opnames van Zoot Allures (1976). Op dit samenwerkingsverband tussen Zappa en drummer Terry Bozzio speelt Zappa de meeste instrumenten zelf. Hij gebruikt aparte sporen voor de verschillende instrumenten en voegt ze samen door middel van ‘overdubbing’. Xenochronisity’ ontstaat wanneer sporen die niet bij elkaar horen tegelijk wel tegelijk klinken. Zo treedt er een magisch-realistische, niet-synchrone muziek op die verrassende spanningen teweeg brengt.
In 1984 doet Zappa onderzoek naar een achttiende-eeuwse componist met de veel zeggende naam Francesco Zappa. Hij bewerkt zijn composities voor synclavier, het instrument dat hij tot aan het eind van zijn dagen blijft gebruiken. Met behulp van de digitale sample mogelijkheden van het synclavier en het softwareprogramma sonic solutions, werkt Zappa vlak voor zijn dood nog aan het postuum uitgekomen Civilization Phase III.
Genoeg reden om de man die zijn leven lang de grenzen tussen pop, jazz en klassieke muziek verkende, te presenteren als een volwaardig componist van de twintigste eeuw.